
Het blijft een leuk spel: je zit samen in de auto en valt in een concert op de radio; je weet niet wat je hoort, maar je denkt het op den duur te kunnen raden. Niet als in dat mallotige spelletje Nootschieten, waar een seconde muziek die vrijwel overal vandaan zou kunnen komen, tot de meest radeloze antwoorden leidt. Alsof je aan een leespubliek een cluster van een paar woorden zou voorleggen dat in die unieke constellatie maar één keer voorkomt. Dus dat je hoort: ‘geen streek geeft’, en dat je niet raadt, maar zeker weet dat dit alleen maar Slauerhoffs gedicht ‘Het einde’ kan zijn. Dat die herkenning niets echt zegt over Slauerhoff, ja, daar is zo’n spelletje niet voor. En alles valt te googelen.
Maar in de intrigerende muziek die we in de auto horen, menen we iets te herkennen en het spelletje wordt ernst: donkere, stevige strijkers, een enkele keer de schelheid van koperblazers; is dit de noodkreet van een onbekende late Sjostakovitsj? Maar je mist diens muzikale handtekening, zijn DSCH, en je hoort ook wel klanken die veel te modern voor hem zijn. Dan zal het een jongere Rus zijn, besluit je, school-Sjostakovitsj. Je bent bereid erop te wedden, maar er volgt geen tegenbod. Verder luisteren dus maar.
Terwijl je Amsterdam binnen rijdt, gaat de mix van vertrouwde en nieuwe klanken op in ongehoorde, verijlende boventonen. Daarna een stilte waarop nog iets zou kunnen volgen, zo gespannen is die, maar die ook het einde zou kunnen zijn. Dan begint het geklap (en niet het ooit zo gangbare applaudisseren terwijl de laatste noot nog niet is verklonken, het applaus dat alles stuk maakt), een geklap waaraan geen einde lijkt te komen, terwijl de commentator vanuit het Concertgebouw de naam noemt, niet van een Rus, maar van de Oostenrijkse componist die je hebt beluisterd. Hij herhaalt hem een aantal keer en je weet dat je op zoek moet naar werk van Thomas Larcher.
Je had je intussen ook al zitten afvragen waarom je geen kaarten had voor dit concert. Je gaat toch vast naar de serie moderne muziek? Maar nee, dit is een andere serie, een waarin nieuwe muziek staat ingeklemd tussen ouder, vertrouwder werk. In dit geval tussen Haydn en Dvorak. De jaren-zestigformule, zeg maar. Wat hen bindt, is dat zij alle drie iets hebben gecomponeerd voor Engelse opdrachtgevers. Zo heeft Larcher zijn concert voor viool, cello en orkest twee jaar geleden gecomponeerd in opdracht van de BBC Proms. Raar idee eigenlijk: dat zulke stukken iets met elkaar te maken zouden hebben. Enfin, gelukkig zat je net in de auto toen Larcher te horen was; in het Concertgebouw zoeken ze het verder maar uit.
Later ‘s middags hoor je ook nog een fragment van een strijkkwartet van hem, Madhares. En je denkt opnieuw aan een hedendaagse Sjostakovitsj, aan het beste wat je van Sjostakovitsj kent. Wat een intieme muziek, wat een bedwongen dramatiek. En je weet dat je weer een componist hebt gevonden van wie je zo niet alles, dan toch alvast die ene cd wilt hebben, van het Quatuor Diotima, om er op je eigen moment naar te luisteren. Desnoods in de beslotenheid van de auto.
http://ntrzaterdagmatinee.radio4.nl/uitzending/259301/NTR%20ZaterdagMati...